Elektrische bedrijfswagens en laadinfrastructuur: fiscale voordelen en stimulansen voor bedrijven

Het overstappen op een elektrisch wagenpark voor uw bedrijf kan aanzienlijke fiscale voordelen opleveren. Zowel de aanschaf of leasing van elektrische voertuigen als de installatie van laadpalen bij werknemers thuis of op het bedrijfsterrein kan financieel aantrekkelijk zijn. De federale regering streeft ernaar dat alle nieuwe bedrijfswagens tegen 2026 CO2-neutraal zijn. Nu is het moment om te beginnen met de overstap naar een 100% elektrisch wagenpark. Let op: plug-in hybrides profiteren niet van het zero-emissiebeleid. De fiscale voordelen voor deze voertuigen worden tussen 2023 en 2028 afgebouwd. 100% elektrische bedrijfswagens blijven echter profiteren van verschillende voordelen.

Tot 200% fiscale aftrek voor openbare laadstations Om de ambitieuze doelstelling van 2026 te bereiken, moet de overheid een inhaalslag maken. Daarom kunnen bedrijven die investeren in openbaar toegankelijke laadstations rekenen op een verhoogde kostenaftrek. Deze bedraagt 200% en is van toepassing tot eind maart 2023. Uiterlijk op de 31e moet het laadstation operationeel en openbaar toegankelijk zijn. De kostenaftrek neemt geleidelijk af, van 200% tot 31 maart 2023 naar 150% tot 31 augustus 2024.

Om in aanmerking te komen voor de verhoogde kostenaftrek moet het laadstation aan enkele voorwaarden voldoen:

  • Het laadstation moet vrij toegankelijk zijn voor derden.
  • Alleen nieuw geïnstalleerde, vaste laadstations komen in aanmerking voor de steun (dus geen laadkabels).
  • Het laadstation moet slim zijn en gebruikers kunnen informeren over de werkelijke oplaadcapaciteit en -status.
  1. 100% fiscale aftrekbaarheid voor elektrische bedrijfswagens

Bedrijven en vennootschappen kunnen profiteren van 100% aftrekbaarheid van het aankoop- of leasebedrag voor volledig elektrische bedrijfswagens. Deze aftrekbaarheid geldt ook voor gerelateerde kosten, zoals onderhoud, verzekeringen en dergelijke, als u het voertuig vóór 1 januari 2027 aanschaft, huurt of leaset. Bovendien zijn de installatiekosten van laadpalen en de aankoop- of leasekosten van (elektrische) bedrijfsfietsen, inclusief speedpedelecs, 100% aftrekbaar. De elektriciteitskosten voor het verbruik van een elektrische bedrijfswagen zijn voor 75% aftrekbaar.

Voor investeringen in emissievrije vrachtwagens is er een verhoogde investeringsaftrek beschikbaar. Deze bedraagt 35% in 2023, 29,5% in 2024, 24% in 2025, 18,5% in 2026 en 13,5% in 2027. Ook de installatie van aangepaste laadpunten komt in aanmerking voor dit voordeel.

Houd de fiscale voordelen van elektrisch vervoer in de gaten op de website van de Vlaamse overheid.

  1. 25% investeringsaftrek voor laadpalen

Kleine vennootschappen profiteren bij de aanschaf van laadpalen van een investeringsaftrek van 8%, waardoor de effectieve kosten van de laadpaal aanzienlijk dalen.

Na de afschrijvingstermijn van 4 jaar wordt de gebruiker eigenaar van de laadpaal. Als de laadpaal bij uw werknemer thuis staat, wordt hij of zij dus ‘gratis’ eigenaar van de laadpaal.

Geen of lagere BIV en verkeersbelasting In Vlaanderen is er geen Belasting op Inverkeerstelling (BIV) voor de aankoop van een 100% elektrische auto. In Wallonië en Brussel betaalt u het minimumtarief (taxe de mise en circulation).

Met een 100% elektrische auto bent u in Vlaanderen volledig vrijgesteld van verkeersbelasting. In Brussel en Wallonië betaalt u het minimumbedrag (taxe de circulation).

Voor bestelwagens is er in België geen BIV, of ze nu elektrisch zijn of niet. De verkeersbelasting verschilt wel: voor een 100% elektrische bestelwagen betaalt u in Vlaanderen geen verkeersbelasting. In Wallonië en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is de belasting afhankelijk van de maximaal toegestane massa.

Lager Voordeel van Alle Aard (VAA) voor elektrische auto’s Het Voordeel van Alle Aard (VAA) voor elektrische bedrijfswagens die privé worden gebruikt, is bijna altijd lager dan voor een vergelijkbaar voertuig met een conventionele brandstofmotor. Dit komt doordat het VAA wordt berekend op basis van de CO2-uitstoot van de auto.

De referentie-CO2-uitstoot en de CO2-coëfficiënt, die beide jaarlijks worden vastgesteld, spelen een belangrijke rol in de berekening van het VAA. Als de uitstoot van uw auto hoger is dan de referentie-uitstoot, neemt uw CO2-coëfficiënt en het bedrag dat u betaalt toe. Het omgekeerde geldt voor een lagere uitstoot.

In 2022 lag de referentie-CO2-uitstoot lager dan het jaar ervoor: 84 g/km voor dieselauto’s en 102 g/km voor auto’s met benzinemotoren, LPG of aardgas. Hierdoor steeg de CO2-coëfficiënt van de meeste bedrijfswagens, waardoor eigenaren van deze brandstofauto’s meer VAA moeten betalen.

Elektrische auto’s ontsnappen hieraan Terwijl de kosten voor conventionele auto’s toenemen, blijven elektrische auto’s gevrijwaard van extra kosten. Omdat de CO2-uitstoot van een 100% elektrisch voertuig nul is, wordt bij de berekening van het VAA rekening gehouden met de laagste CO2-coëfficiënt: 4%. Dit geldt voor alle situaties die niet onder het minimum-VAA van € 1.400 (aanslagjaar 2022) vallen. Hierdoor wordt uw medewerker ook privé minder belast.

Het VAA omvat naast het gebruik van de auto ook de laadpaal en het elektriciteitsverbruik. Aangezien de laadpaal thuis meestal is aangesloten op het privé-elektriciteitsnet van de gebruiker, mag u als bedrijf of werkgever dit verbruik belastingvrij vergoeden.